Clubkledij die niet wordt geleverd, jeugdtrainers die niet voldoen of er gewoon niet zijn, roddels over financiële perikelen,… De geruchten over wanbeleid bij voetbalclub KSV Bredene waren volgens het gemeentebestuur de laatste tijd niet uit de lucht. Op een bijwijlen ongemakkelijke vergadering met ouders en bestuur probeerde burgemeester Steve Vandenberghe zicht te krijgen op waar het fout loopt. “Maar als gemeentebestuur hebben we ons uiteraard niet te moeien met het runnen van de club.”
Het gemeentebestuur maakt zich zorgen over KSV Bredene. Op deze plek werd recent nog gewag gemaakt van financiële perikelen waardoor het merendeel van de spelers de eersteprovincialer op het einde van het seizoen zal verlaten. De lokale voetbalvereniging herbergt daarnaast ook vele honderden jeugdspelers. Het gemeentebestuur vreest dat hun sportieve toekomst in het gedrang is en belegde daarom op 26 maart een vergadering met de club en ouders van de jeugdspelers.
“Er doen al geruime tijd heel wat (wilde) verhalen de ronde over de werking van de lokale voetbalvereniging”, gaf sportschepen Alain Lynneel eerder aan. “De voetbalvereniging is de voorbije jaren sterk gegroeid, ook omdat verschillende Oostendse voetbalclubs de handdoek hebben geworpen.”
“Er bereiken ons regelmatig verhalen over problemen bij KSV Bredene. Vooral ouders van voetballertjes blijken bezorgd over de toekomst van de vereniging”, klonk het woensdag bij burgemeester Steve Vandenberghe, die de rol van moderator probeerde op te pikken.
“We willen als gemeentebestuur geen onnodige commotie veroorzaken maar we willen wél vermijden dat de voetbalvereniging, en dan vooral de jeugdwerking ervan, zou verdwijnen. We onderschatten het maatschappelijk belang van deze vereniging, waarin honderden jonge Bredenaars hun hobby beoefenen, niet. Dat mag blijken uit onze investering in 2 kunstgrasvelden en het aanreiken van een eigen kantine.”
Probeerde Vandenberghe te bemiddelen, dan zag je hem woensdag toch worstelen met de rol, die hem werd opgedrongen. “Wij zorgen er als gemeente voor dat de club niet hoeft te betalen voor de jeugdaccommodatie. We doen dat in de wetenschap dat elk kind dat op een voetbalveld staat niet langs straat loopt. Niet de goed betaalde spelers van het eerste elftal zijn mijn zorg, wel die vele honderden kinderen. Als ik dan hoor dat de club nog gigantische bedragen verschuldigd is aan kledijsponsor JES Sport, dan is dat verontrustend.”
Gebrek aan trainers en communicatie
Bij de ouders, die woensdag het woord namen, klonk vooral teleurstelling over de communicatie van de club, het gebrek aan (goeie) jeugdtrainers en de onzekerheid of hun kind volgend jaar nog zou kunnen voetballen bij KSV door.
KSV telt vandaag 31 jeugdteams. Volgens voorzitter Gregory Salhi een meervoud van de clubs in de regio. De voorzitter merkte verder op dat van de 410 euro lidgeld maar 290 euro naar de club vloeit. “De rest is bestemd voor de clubkledij, waarop wij dan nog eens 15 euro toeleggen. Met die 290 euro per jeugdspeler kunnen we zelfs de kosten voor ons jeugdvoetbal niet dekken.”
Sommige ouders gaven aan het lidgeld in delen te betalen, tot er zekerheid was over de kledij, of betaalden de kledij intussen rechtstreeks aan de leverancier. Zoals Martine Zeebroek, oma van drie jeugdspelers, pleitten heel wat ouders woensdag voor een apart jeugdbestuur met een afzonderlijke boekhouding. “Op die manier zal al het geld niet naar de geldverslindende eerste ploeg stromen. Onze jeugd mag geen financiële melkkoe worden voor de club. En als er maar 20 jeugdploegen kunnen in stand gehouden, dan is het maar zo.”
Aparte vergaderingen
Burgemeester Vandenberghe suggereerde nog dat de club beter met een open boekhouding zou werken. “Dan weten de leden waar het geld naartoe gaat.” De suggestie werd net niet weggelachen door enkele bestuursleden: “Geen enkele club werkt op die manier.”
Voorzitter Salhi gaf nog toe dat de club zich misschien in eigen voet had geschoten door zoveel jeugdteams in te schrijven. “Er is een gebrek aan accommodatie en de goeie jeugdtrainers liggen niet voor het rapen.”
Meer dan inderhaast antwoorden proberen formuleren op enkele pertinente vragen van de burgemeester kon de voorzitter niet. Na enkele vragen uit het publiek werd de vergadering immers na iets meer dan een uur afgesloten met de mededeling dat nadien nog apart diende vergaderd te worden met de (kledij)sponsors en het bestuur. Met gemor onder de ouders, die een directere confrontatie met het bestuur hadden verwacht, tot gevolg.